All Categories
Featured
Table of Contents
21. Indien meerdere eigenaars participeren in een verkavelingsproject worden de kosten voor de aanleg van de wegenis verdeeld à rato van ieders deel in de totale oppervlakte of overeenkomstig een door de verkavelaar vastgelegde verdeelsleutel. Art. 22. De opdracht voor de uitvoering van de werken door de gemeente, kan slechts worden gegeven nadat de verkavelaar bij een erkende financiële instelling een waarborg heeft gesteld ten gunste van de gemeente ten behoeve van de financiering van die werken ten bedrage van de totaliteit van de in onderhavige verordening bepaalde som.
23 (eiken poolhouse). Het bedrag van de waarborg is minstens gelijk aan het geheel van de kosten lastens de verkavelaars, vermeerderd met 10%, voor onvoorziene werken en werken uit te voeren tegen prijzenborderel, ze omvatten: • de aannemingsprijs op het bedrag van de raming van de werken; • de honoraria van de ontwerpers van de werken vermeld in de volgende alinea; • de kosten van de aanbesteding van de werken; • de geraamde kosten van de leveringen en de werken, met inbegrip van de wedden en de lonen te betalen volgens het bestaande retributiereglement voor werken uitgevoerd door de werklieden van de gemeente; Bouwen & Wonen Zemst 2012 Art (maximum oppervlakte bijgebouw).
Art. 25. §1 §2 §3 Art (bijgebouw veranda). houten bijgebouw. 26. §1 §2 §3 §4 • de geraamde kosten voor de aanleg van de leidingen voor de in de verkavelingsvergunning opgelegde nutsleidingen; • de geraamde kosten van de controle op alle werken en leveringen in dit artikel; • de al dan niet forfaitair geraamde kosten voor de verdere inrichtingen van het openbaar domein; deze kosten betreffen o.
beplantingen, straatmeubilair, voetpaden, verkeerstekens en straatnaamborden. Aan die erkende financiële instelling moet tevens de onherroepelijke opdracht worden gegeven om de bedragen over te maken die door de gemeente worden gevorderd - poolhouse. De verkavelaar kan niet tussenkomen om de betalingen te doen stopzetten of belemmeren. De betalingen moeten door de bank worden uitgevoerd binnen 15 kalenderdagen na vordering door de gemeente.
De waarborg die gesteld is wordt als volgt verminderd met het bedrag dat de verkavelaar is verschuldigd aan de gemeente: voor wat de kosten van de grondverwervingen betreft, onmiddellijk nadat het bedrag van die kosten gekend is; voor wat betreft de uitrusting van de wegen, openbare ruimten, gebeurlijke voetwegen en alle infrastructuurwerken volgens een maandelijkse opgave in evenredigheid met het vorderen van de werken - omgevingsvergunning bijgebouw.
De maandelijkse vorderingsstaat wordt opgesteld en verantwoord door de aannemer van de werken en goedgekeurd door de ontwerper. De vordering van de kosten van de werken zal gebeuren aan de hand van facturen; voor wat betreft de nutsleidingen op het eerste verzoek van de gemeente en volgens de kostenopgave van de onderscheiden nutsmaatschappijen. maximale hoogte bijgebouw.
Uitzondering wordt hier gemaakt voor erkende sociale bouwmaatschappijen; aan de voorwaarden van het Algemeen Reglement voor de voeding en de aanleg van het elektriciteits-, gas- en teledistributienet - wat kost een houten bijgebouw. De netbeheerder heeft het recht te eisen dat in de gebouwen waar het totaal opgesteld vermogen worden overschreden, een door haar behoorlijk bevonden lokaal tot haar beschikking www.
Wanneer de bevoorrading van een verkaveling de installatie van één of meer transformatiestations nodig maakt, mag de netbeheerder elke aftakking afhankelijk maken van het ter beschikking stellen van de nodige gronden of lokalen door de eigenaar of de bouwheer (zwembad bijgebouw). Art. 27. Om de praktische modaliteiten van de grondafstand en/of de financiering van de werken te regelen stelt de gemeente binnen 3 maand na het afleveren van de verkavelingsvergunning aan de verkavelaar een overeenkomst voor.
Indien om redenen buiten de wil van de gemeente of de verkavelaar deze termijnen worden overschreden, worden deze termijnen in onderlinge overeenkomst gewijzigd. Hoofdstuk III. Technische voorwaarden Afdeling III.1 De rooilijn en de wegenisaanleg Art. 28. Het uit te rusten openbaar domein wordt ingericht volgens de principes van de inrichting van diverse wegencategorieën beschreven in het gemeentelijk mobiliteitsplan.
29. Er kunnen snelheidsremmende, verfraaiende en/of andere uitrustingen worden opgelegd binnen de verkaveling. De wegenis dient ontworpen te worden volgens de, op dat moment gangbare, technische inzichten. Afdeling III.2 Riolering en nutsvoorzieningen Art. 30. De opgelegde nutsleidingen worden aangelegd overeenkomstig de voorschriften van enerzijds het bestek en anderzijds van de nutsmaatschappijen in toepassing van de geldende reglementering.
31. hoe groot mag een bijgebouw zijn. § 1 Alle straten worden aangelegd met een gescheiden stelsel. § 2 Het rioleringsnet wordt aangelegd en aangesloten op het bestaande net, indien nodig middels een pompstation, op kosten van de verkavelaar. § 3 Bij de aanleg van de riolering wordt ten overstaan van elk perceel in een droogweerafvoer en regenwaterafvoer wachtaansluiting voorzien voor de latere huisaansluiting.
§ 4 De op het terrein aanwezige afwaterstelsels moeten waar mogelijk behouden blijven en indien nodig worden verlegd en geprofileerd op kosten van de verkavelaar. Art. 32. De aansluiting op het bestaande rioleringsnet van de nieuw aan te leggen riolering moet onmiddellijk worden ten uitvoer gelegd. Art. 33. Als de mogelijkheid bestaat in een nieuwe verkaveling de RWA-afvoer in open gracht te voorzien in plaats van in buizen dan zal dit in de verkaveling worden opgelegd.
Art. 34. Het college van burgemeester en schepenen kan aan de verkavelaar de aanleg van de volgende nutsvoorzieningen opleggen: • waterleidingsnet; • gasnet indien de gasleidingen op minder dan 100 meter van de verkaveling komen; 37 • • • • elektriciteitsnet voor de laagspanning; radio en televisienet; openbare verlichting; de leidingen voor telefoon of datatransmissie in het algemeen - bijgebouw in glas.
BOUWWERKEN EN CONSTRUCTIES Hoofdstuk I. Gebouwen Afdeling I.1 Algemene voorschriften Art. 35. Het gebouw moet zodanig worden ontworpen dat er geen wegenisinfrastructuur, bovengrondse constructie-elementen of straatmeubilair en beplantingen moet verplaatst worden. Indien niet anders mogelijk, valt de eventuele verplaatsing ervan ten laste van de bouwheer. Art. 36. Na het beëindigen van de werken dienen de goten, de boordstenen, het wegdek, het voetpad, het fietspad en de groenstrook volledig te worden hersteld op kosten van de bouwheer.
De bouwheer dient er ook op toe te zien dat geen materialen in de straatkolken terechtkomen om verstopping te vermijden. Inzonderheid betreft het hier mortelspecie, zand, enz... Voor de inname van het openbaar domein dient de goedkeuring van de politie te worden bekomen. bijgebouw hout. Art. 37. Bij de melding van de aanvang der werken kan de bouwheer een recente plaatsbeschrijving bijvoegen inclusief minimum 3 foto’s van het openbaar domein en de riolering; bij ontstentenis daarvan wordt het openbaar domein en de riolering geacht in goede staat te zijn.
38. Na het uitzetten van de bouwwerken door de aannemer van de bouwheer dient, met een door de gemeente ter beschikking gesteld formulier, de gemeente verwittigd te worden teneinde de inplanting te kunnen nameten en de rooilijn en het hoogtepeil van de bouwwerken te kunnen vaststellen. Afdeling I - aangebouwd bijgebouw.2 Hoofdgebouwen Art.
§ 1 Bij de inplanting van de woning en indien er nieuwe autostaanplaatsen worden voorzien in een bestaand hoofdgebouw dient rekening te worden gehouden met het algemeen principe dat gebouwen bij voorkeur op min. 5m achter de rooilijn worden ingeplant indien een rooilijn is vastgesteld en op minimum 11m uit het midden van de voorliggende wegas indien geen rooilijn is gekend.
§ 2 De voorgevel van het hoofdgebouw dient voor minimaal 1/3 van zijn totale breedte de bouwlijn te volgen. Art. 40 (bijgebouw verhuren). Er dient een zijdelingse bouwvrije strook van 3m gerespecteerd te worden. In deze bouwvrije strook mogen geen constructies worden geplaatst. Indien er zich een wachtgevel op de perceelsgrens bevindt of indien de plaatselijke stedenbouwkundige toestand het niet toelaat een bouwvrije strook voor te behouden, dient er met een gemene muur op de zijdelingse perceelsgrens te worden gebouwd.
Art. 41. De afstand van de achtergevellijn tot de achterste perceelgrens bedraagt minimum 8 m. Bij percelen, met een diepte minder dan 30m,kan de afstand uitzonderlijk minimum 5 m bedragen. Art. 42. Voor één- of meergezinsgebouwen dient rekening te worden gehouden met het principe dat de bouwdiepte maximaal 15 m bedraagt op de gelijkvloerse verdieping en max (hoe groot mag bijgebouw zijn zonder vergunning).
Afwijkingen zijn mogelijk mits rekening wordt gehouden met volgende criteria: • de bouwdiepte van de vergunde of vergund geachte bebouwing op de aanpalende percelen; • de overwegende bouwdiepte in dat gedeelte van de straat en de inplanting van de gebouwen op de aanpalende percelen; • de verhouding tussen de grondoppervlakte van het gebouw en de oppervlakte van het betreffende perceel; • de impact van het gebouw op de aanpalende percelen, zowel ruimtelijk als op het vlak van de privacy.
Table of Contents
Latest Posts
Medische Hulpmiddelen Heerlen
Auto Opkoper Limburg
Opkoper Auto Gent
More
Latest Posts
Medische Hulpmiddelen Heerlen
Auto Opkoper Limburg
Opkoper Auto Gent